Subsidie voor studies naar klimaatinnovaties industrie

Gepubliceerd op: 30 maart 2022 | Laatst bijgewerkt op: 17 april 2023

Industriebedrijven met plannen voor een innovatief pilot- of demonstratieproject zullen niet over één nacht ijs gaan. Zelfs vóór de start is vaak al veel onderzoek nodig. Gelukkig zijn er ook subsidies voor die voorbereidingsfase. Zo start op 1 april een subsidieronde voor het uitvoeren van een studie ter voorbereiding op een pilot- of demonstratieproject gericht op CO₂-reductie! De subsidie kan oplopen tot 500.000 euro per studie en in sommige gevallen zelfs tot 2 miljoen euro. Belangstellenden moeten er wel snel bij zijn: de subsidies worden verdeeld volgens het principe ‘wie het eerst komt’ en de belangstelling is groot!

Doel en doelgroep

De nieuwe subsidieronde wordt wel aangeduid als ‘TSE Industrie Studies’, en is onderdeel van de brede verzameling subsidieprogramma’s voor de Topsector Energie (TSE). De subsidieronde richt zich op bedrijven in de energie-intensieve en chemische industrie, en is met name interessant voor ondernemers die zich oriënteren op een pilot- of demonstratieproject rondom CO₂-reductie of bepaalde klimaatinvesteringen. Zowel mkb’s als grotere bedrijven kunnen de subsidie aanvragen.

Wat wordt hier verstaan onder ‘studies’?

Wat zijn nu precies de ‘studies’ waarvoor deze subsidie kan worden aangevraagd? Kort gezegd zijn dit verkennende studies naar de kansen en risico’s van een beoogd project. Concreet kan het daarbij gaan om:

  • Een Haalbaarheidsstudie: een voorbereidende studie over de haalbaarheid van een pilotproject. De beoogde pilot moet een proefproject zijn waarbij innovatieve CO₂-reducerende maatregelen worden getest in een praktijkomgeving, én sprake is van R&D-werk en experimentele ontwikkeling.
  • Een Milieustudie: een studie ter voorbereiding op ‘milieu-investeringen’ van een bedrijf. De beoogde investering kan betrekking hebben op een nieuwe techniek ten behoeve van een praktijktoepassing (bijvoorbeeld in het kader van een DEI+ demonstratieproject). Het mag echter ook gaan om het onderzoeken van voorgenomen milieu-investeringen in een bewezen/uitontwikkelde techniek (bijvoorbeeld ter voorbereiding op een VEKI-project). De studie onderzoekt de investeringsplannen en geeft inzicht in de beste investeringsopties.
  • Een Vergelijkbare studie: ook deze studies dienen ter voorbereiding op milieu-investeringen in een demonstratieproject, maar ze zijn specifiek gericht op investeringen die niet onder de algemene groepsvrijstellingsverordening vallen (zoals geavanceerde biobrandstoffen of CCU).

Programmalijnen: om welke thema’s mag het gaan?

Om subsidie te kunnen aanvragen voor de bovenstaande studies, moet er wel sprake zijn van plannen die goed passen binnen de officiële thema’s van de regeling. Het gaat daarbij om een zestal programmalijnen, met bijbehorende onderwerpen en uitdagingen:

  1. Sluiting van industriële ketens (MMIP 6). Deze programmalijn focust op innovaties in industriële ketens die ook goed kijken naar de ‘reststromen’. Hierbij gaat het om het chemisch omzetten van afvalstromen en alternatieve grondstoffen naar nieuwe producten. Daarbij ligt veel nadruk op recycling, inzet van biobased grondstoffen, circulaire kunststoffen, en op circulaire non-ferro metalen.
  2. Een CO₂-vrij industrieel warmtesysteem (MMIP7). Dit thema draait om het ‘ombouwen’ van de huidige energie- en warmtesystemen voor de industrie. De processen moeten CO₂-vrij worden,  efficiënter, zuiniger en duurzamer. Dit vraagt om innovaties op het gebied van procesefficiëntie, warmte-hergebruik (inclusief warmteopwaardering en -opslag), geothermie, toepassing van klimaatneutrale brandstoffen, en nieuwe systeemconcepten voor warmte en koude.
  3. Maximale elektrificatie en radicaal vernieuwde processen (MMIP 8). Elektrificatie is een belangrijk thema in de procesindustrie. Bij de energiestudies gaat het om vergaande elektrificatie en niet om bewezen vormen van elektrische aandrijving. Bijvoorbeeld door innovaties rondom elektrische waterstofproductie, of via klimaatneutrale brandstoffen/moleculen (op basis van elektrochemische conversie). Maar ook nieuw te ontwikkelen elektrische apparaten en radicaal nieuwe, elektrisch aangedreven processen kunnen de mogelijkheden voor ‘elektrificatie’ verder vergroten.
  4. Carbon Capture, Utilization and Storage (CCUS). CC(U)S is een relatief jonge techniek die hier nog niet op grote schaal wordt toegepast. Daarom kan er nu subsidie worden aangevraagd voor studies naar nieuwe, grootschalige CCUS-pilots of demonstratieprojecten. Men zoekt vooral projecten binnen de energie-intensieve en chemische industrie, bij glastuinders en afvalverbrandingsinstallaties.
  5. Overige CO₂-reducerende maatregelen. Bij deze restcategorie gaat het om studies naar pilot- en demonstratieprojecten gericht op CO₂-reducerende maatregelen in de industrie, die niet vallen binnen de bovenstaande programmalijnen.  
  6. Milieu-investeringen in uitontwikkelde technologie. Dit betreft milieustudies ter voorbereiding op investeringen in technologieën waarvan de werking al is bewezen (in een of meer demonstratieprojecten) en die nu worden ingepast bij de aanvrager of een partner. De beoogde investering moet een terugverdientijd hebben van meer dan 5 jaar. Ter illustratie: binnen dit onderdeel vallen onder meer milieustudies ter voorbereiding op een VEKI-investeringsproject.

Voorbeeld uit de praktijk van EGEN

EGEN beschikt over jarenlange ervaring met subsidieregelingen voor innovaties op alle denkbare industriegebieden. Ter illustratie noemen we een recent praktijkvoorbeeld gericht op het thema ‘Carbon Capture, Utilization and Storage (CCUS)’ van de TSE-regeling. Het gaat om een consortium van bedrijven dat gebruik wil maken van CCS voor de decarbonisatie van de restgassen van haar productieproces. Ter voorbereiding van dat project moet een uitgebreide pre-FEED uitgevoerd worden naar de exacte technische en economische prestaties van de beoogde technologische oplossingen. Hiervoor zijn hoge externe engineeringskosten begroot. Op dit moment worden de voorbereidingen getroffen om de pre-FEED in opdracht te kunnen geven en het TSE-project te kunnen starten. Na afloop zullen de uitkomsten gebruikt worden om een aansluitende DEI+-subsidieaanvraag op te stellen voor de vervolgfase van het project.

Subsidiebedragen, budget, aanvraagtijdvak

De subsidie bestaat doorgaans uit een bijdrage van 50% aan de projectkosten, die kan oplopen tot een subsidiebedrag van 500.000 euro per energiestudie. Alleen voor studies naar CCUS-projecten geldt een hoger subsidiemaximum: 2 miljoen euro. De subsidieronde opent op 1 april 2022 (9:00 uur). Het budget bedraagt 10,6 miljoen euro. Aanvragen kunnen worden ingediend zolang het budget reikt (en uiterlijk tot 31 maart 2023). Maar let op: de belangstelling is groot. Wacht dus niet te lang met het aanvragen van de subsidie!

Meer nieuws

Expert vertelt: de EIA en MIA bieden meer subsidiekansen dan u denkt!

Expert vertelt: de EIA en MIA bieden meer subsidiekansen dan u denkt!

De stimuleringsregelingen EIA en MIA\Vamil gelden voor investeringen op de Energie- en Milieu-investeringslijst. Maar soms bieden ze óók kansen voor duurzame investeringen die niet met zoveel woorden staan genoemd op die lijsten, via een 'generieke’ aanvraag. We...

Lees meer
Subsidie voor eerste regionale waterstofnetwerk: H2avennet

Subsidie voor eerste regionale waterstofnetwerk: H2avennet

In de wereldwijde strijd tegen klimaatverandering wordt de focus steeds meer gelegd op hernieuwbare energiebronnen die de transitie naar een duurzame toekomst kunnen versnellen. Een van de meest veelbelovende ontwikkelingen op dit gebied is groene waterstof, een...

Lees meer

Contact

Meer weten?

Hoe kunnen we je helpen? Neem contact met ons op of stuur ons een bericht voor een snel antwoord.

E-mailadres
info@egen.green

Telefoonnummer
+31 (0)88 838 13 81